zondag 15 april 2012

wachten, wachten, wachten

Links, rechts, rechts, links, weer links, naar rechts, links, omhoog, omlaag, rotonde driekwart, vluchtheuvel, drempel, links, rechts, omhoog omlaag, opschakelen, afschakelen, remmen en weer optrekken. Wegversmalling, omhoog, stilstaan en weer optrekken, valpartij, geschreeuw, gekraak. Wachten. En dat 255 kilometer lang.



De racebandjes slijten meer aan de zijkant dan op het midden. Remblokjes piepen van vermoeidheid en kettingen kraken van het vele schakelen. Als je niet moe wordt van de kilometers dan is het wel van het concentreren, of van desillusie.
Zelf heb ik de finale van de Amstel Gold Race een stuk of vijftien keer gereden,desalniettemin stond ik steeds weer perplex als ik ineens op de Kruisberg stond te harken terwijl ik dacht dat het de Eijserbosweg moest zijn. Laat staan hoe een Italiaan of Spanjaard die hier voor het eerst rijdt zich voelt. Nederland was toch vlak?

De Amstel Gold Race dus, Nederlands enige echte wielerwedstrijd en onderdeel van het klassieke voorjaar. Nou ja, Nederlands. De 255 kilometer worden verreden in het zuidelijkste puntje van Zuid-Limburg. Op een postzegeltje dus.
Dit jaar staan er weer een hoop kleppers aan het vertrek, natuurlijk met het oog op het aanstaande WK dat hier verreden gaat worden aan het einde van het jaar. Maar ook omdat deze wedstrijd onderhand een hele mooie koers is om op je palmares te hebben. Enkele namen die een sterretje in hun agenda hebben staan op de datum van de Amstel (en dus van het WK): Valverde, Rodriguez, Freire (valt het nou echt niemand op dat hij dit jaar alleen maar deelneemt aan wedstrijden met finish bergop?), Sagan, Sanchez, Evans, Cunego, Hoogerland, Chavanel, Gerrans, Geesink, Mollema. Om maar wat te noemen. O ja, en Thomas Dekker.

En dan nu de koers. Kopgroepje weg vanaf het begin, zoals het hoort. Normaliter wordt de kopgroep zo’n kilometer of 50 voor de finish ingelopen en is het spel op de wagen, begint het spektakel dus. Zo niet vandaag, 27 kilometer voor het einde, bij de beklimming van de verschrikkelijk steile Gulpenerberg rijden er nog steeds twee op kop. Meer dan 230 kilometer geen actie. Pfff. Nu is de beste wielertactiek vandaag de dag wachten, wachten, wachten. Nou, dat doen ze. Verder was het koud en grijs.

Op de Eijserbosweg rijden er nog steeds twee op kop.

Op de Fromberg ook.

Na de vierhonderennegentachtig bochten en 30 van de 31 steile pukkels vindt Freire (de koning van het wachten) het welletjes. Hij gaat de sprint niet afwachten en piept er op zijn Zoetemelks tussenuit. Waarschijnlijk is het ook voor het eerst deze dag dat hij iets van de omgeving herkent. Niemand reageert en het lijkt te gaan lukken. Nu kan Oscarito ook meteen in alle rust de finale van het WK bekijken.

Wachten dus. De Cauberg ligt voor de wielen, nog 1000 meter omhoog. Freire spartelt nog steeds voorop. Gilbert trekt zijn registers open, de rest slingert er achteraan.

Wachten. Nog 500 meter. Freire spartelt nog harder nog steeds op kop, ze zien hem. Gilbert spartelt onderhand ook, de rest volgt. Wat daar van over is. Onder hen vier grote namen, Cunego, Sagan, Valverde en Sanchez. Cunego gaat er vloekend bij liggen, Valvarde moet er omheen. Met Freire en de finish in zicht zet Gilbert nog één keer aan, en ontploft. Jelle van Endert en Sagan gaan over hem heen.

Wachten. In hun wiel Enrico Gasparotto. De hele dag niet gezien maar daar is de blonde Italiaan in Kazachse dienst. Ze rijden langs de kleine bekkentrekkende Spanjaard. Vijftien meter voor de streep zet Gasparotto één keer echt aan en rijdt als eerste over de streep.

En Thomas Dekker? Na twee jaar wachten mocht hij eindelijk weer meedoen aan een echte grote koers. Hij overleefde en kwam in de eerste groep binnen (18de), dat voorspelt veel goeds voor het WK. Afwachten dus.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten